Oorlogsjournalistiek
Stukjes uit mijn toespraak in de Rode Hoed, Amsterdam op 28 maart 2011 waar gedebatteerd werd over oorlogsjournalistiek.
“Oorlogsjournalistiek is een vakgebied binnen de journalistiek. Net zoals parlementair verslaggever dat is of economieverslaggever of buitenlandcorrespondent. De oorlogsjournalist is getraind op oorlog, fysiek en geestelijk, kent en herkent wapens, weet wanneer een kogel inkomt of uitgaat, kan levensreddende handelingen verrichten. Aan de andere kant is de oorlogsjournalist van alle facetten van een bepaald conflict op de hoogte. Hij heeft kennis, kent de geschiedenis van de plekken die hij verslaat, is gewoon op de hoogte. Het probleem is, ik hoor het mezelf zeggen, dit is zo’n verschrikkelijke inkopper dat het bijna gênant is het te benoemen, maar: je had het kunnen testen door journalisten op Kamp Holland tijdens de Nederlandse missie te vragen of zij de vijf belangrijkste Afghaanse hoofdrolspelers in Uruzgan zouden kennen en een antwoord zou uitblijven.”
“De praktijk van de oorlogsjournalistiek in het algemeen in Nederland is dat dit vak door onze hoofdredacties niet serieus wordt genomen en daarom ook eigenlijk nauwelijks bestaat. Deels komt dat overigens omdat wij in Nederland geen oorlogsgeschiedenis hebben, maar met de legio zeer ingewikkelde conflicten die onze wereld continue teisteren zou er erkenning moeten komen voor het vak van oorlogsjournalist. Noem tien Nederlandse journalisten die permanent met oorlog en crises in de wereld bezig zijn? De praktijk is dat wat wij zien hit-and-run verslaggeving is of beter nog: parachute verslaggeving, waarbij journalisten in een oorlogsgebied gedropt worden. Het gevolg is journalistiek ver onder de maat, de makkelijke weg van de human interest verhalen, verhalen uit de tweede lijn ver van het front vandaan en niet of nauwelijks oog voor de diepere laag in het conflict. “